Saint Nicolas Cantate VI

Medewerkers St Nicolas Cantate Zondag 2 december 15.00 uur St. Nicolaaskerk Denekamp.

Tenor
Sinds zijn studie aan de Conservatoria van Enschede en Amsterdam,heeft de carrière van tenor
Sebastian Brouwer hem niet alleen op de grootstepodia van Europa gebracht, maar ook naar tournees en concertseries in deVerenigde Staten (2004) en Australië (2002).Op de meest belangrijke Nederlandse muziekfestivals en-series heeft hij gezongen met orkesten als het Concertgebouw (Kamer)Orkest enRadio Filharmonisch Orkest, en gewerkt onder dirigenten als o.a. Edo de Waart,Jaap van Zweden, Roy Goodman, Jan Willem de Vriend en Ton Koopman.

 Sebastian Brouwer heeft een zeer wijd georiënteerd repertoire.Hij iseen veelgevraagd vertolker van passies en oratoria van J.S. Bach. Andere werkenuit zijn oratorium-repertoire zijn stukken als o.a. Verdi’s"Requiem", Mendelsohns "Elias", Haendels "TheMessiah", Saint-Saëns’s "Oratorio de Noël", Puccini ‘s"Messa di Gloria" en Ramirez "Misa Criolla.

Op het gebied van opera vertolkte hij tenor-hoofdrollen ino.a."Il barbiere di Siviglia" (Rossini), "Alceste"(Haendel),"Les Indes Galantes" (Rameau), "Orphee etEuridice" en "Iphigénie en Tauride" (Gluck), "LaSonnambula" en "I Puritani" (Bellini), Gasparone (Millocker),"La Traviata" en "Oberto" (Verdi), "Don en "Callme Ishmael" (Goldschneider, première).

 Pianisten
Het pianoduo Martijn en Stefan Blaak studeerde in 2004 cumlaude af aan het conservatorium in Enschede bij Fred Oldenburg en PierreRuhlmann. Zij wonnen diverse prijzen onder andere bij het Prinses ChristinaConcours, de Rotterdamse Pianodriedaag-se, de Rotary Jong Talent Prijs, deStichting Jong Muziektalent Nederland en het Concours Modern te Weimar. Inapril 2002 kregen Martijn en Stefan ‘De Voorziening’, een beurs voor jongeexcellerende musici.

Martijn en Stefan geven regelmatig concerten in binnen- enbuitenland, onder andere in Nederland, Duitsland, Spanje en Italië. InOostenrijk werden ze meerdere malen uitgenodigd door Konrad Richter voor zijninternationale meestercursus in het slot Rosenau in Zwettli. In 2005 traden zijop tijdens het muziekfestival in Aix-en-Provence, Frankrijk, dat live werduitgezonden door Radio France. Ook namen zij deel aan meestercursussen vanonder andere Jan Wijn, Stanley Hoogland en Eugen Indjic.

Naast optreden met verschillende symfonieorkesten maakten zediverse radio- en t.v.-opnames. In 2001 speelden ze de wereldpremière vanQuadrivium van David Rowland, dat tevens werd opgenomen door de Westdeutsche-en de Bayerische Rundfunk.

Organist
Hans Stege studeerde orgel en kerkmuziek aan het conservatorium in Enschede. Zijn docentenwaren Anco Ezinga, Gijs van Schoonhoven en Bernard Bartelink. In 1989 behaaldehij het diploma Docerend Musicus en in 1991 dat van Uitvoerend Musicus.

In 1991 was hij finalist van de Tubantiaprijs, in 1992 washij winnaar van het NCRV Langlais-Tournemire orgelconcours. Voor genoemdeomroep maakte hij diverse opnamen.

Hans Stege is als organist en dirigent verbonden aan de St.Pancratiusbasiliek inTubbergen. Hij is actief als begeleider van diverse koren als organist enpianist. Voorts geeft hij regelmatig concerten in binnen- en buitenland.

Percussionisten
Yannick Bergevoet (1984, Hengevelde) studeerde klassiek slagwerk aanhet conservatorium in Enschede, bij Frank van der Starre en Hans Grutterink.Deze studie werd in juni 2007 afgerond. Momenteel volgt hij een master klassiekslagwerk aan het conservatorium in Zwolle. Verder volgde hij masterclasses bijStephan Froleyks (Duitsland) en Ludwig Albert (België).

Yannick is als slagwerkdocent en instructeur/dirigentverbonden aan vier muziekverenigingen. Sinds de aanschaf van zijn eigenbasmarimba in oktober 2004, legt hij zich ook meer toe op solo-optredens. Ditresulteerde dit jaar onder andere aan deelname aan de “European SoloCompetition” in Birmingham en de “Universal Marimba Competition” inSint-Truiden.

Hans Grutterink is hoofddocent slagwerk aan het conservatorium inEnschede en geeft onder andere slagwerkles op muziekscholen in de regio.

Als componist heeft hij enige geslaagde en vaak uitgevoerdecomposities en arrangementen – van stukken voor kinderkoren, slagwerkgroepen enmuziektheater tot jazzstukken – op zijnnaam staan. Hij beheerst als slagwerker alle voorkomende slaginstrumenten, vanpauken tot vibrafoon. Hij heeft een brede ervaring als klassiek slagwerker bijvele producties en is een veelgevraagd vibrafonist in de jazzwereld.

Concertmeester: Irene de Bruin begon op jonge leeftijd met pianolessen bij haarmoeder en vioollessen bij Carolien Ingen-Housz. Het samen spelen in strijkkwartettenen symfonieorkesten gaf uiteindelijk de doorslag om voor de viool te kiezen. In1990 behaalde zij de 3e prijs in de regiofinale van het Prinses ChristinaConcours.

Na haar VWO-examen is Irene wiskunde gaan studeren aan deUniversiteit Twente. Aansluitend aan haar afstuderen begon zij aan de UT meteen promotieonderzoek in de numerieke stromingsleer, wat in 2001 resulteerde inde verdediging van haar proefschrift. Parallel hieraan heeft zij het diplomaUitvoerend Musicus viool behaald bij Maurits van den Berg aan het conservatorium in Enschede.

Door de jaren heen is Irene concertmeester geweest vandiverse orkesten: Enschedees Jeugd Orkest (nu: Symfonia Jong Twente),Carlforsska Student Orkester (Zweden), Musica Silvestra Orkest (studentenorkestUT). Inmiddels is zij reeds 7 jaar concertmeester van het Twents Kamer Orkest.

Naast haar muziekleven is Irene als researcher werkzaam intelecomindustrie.

Saint Nicolas Cantate V

De St Nicolas Cantate van Britten opent met een langzame meditatieve klaagzang vanhet volk. Nicolaas wordt gevraagd zijnpracht en praal af te leggen en te vertellen. In een groot muzikaal contrastbegint Nicolaas te vertellen.

Zijn levensverhaal begint met een vrolijke walsgezongen door het jongenskoor. “Ere zij God” roept kleine Nicolas als hij inz’n badje duikt. In de orkestpartij kun je het water uit de tobbe horenstromen.

Algemeen bekend is dat Britten al zijn tenorsolo’s schreef voor zijnvriend Peter Pears. De stukken voortenor solo in deze cantate staan dan ook dicht bij Britten’s eigengevoelsleven. In deel drie komen we op een zeer indringende wijze meer van depersoonlijkheid van zowel Britten als Nicolaas te weten. Veel te jong moest hijde wijde wereld in trekken en voelde zich vaak in de steek gelaten.

Hij smeektGod om zijn gids te zijn. Piano en slagwerk produceren geweldige golven in destormscène van deel vier, zijn reis naar Palestina. De hoge stemmen van hetgallerij koor zingen bliksem, wind en donder terwijl het complete mannenkoor debange bemanning van het schip vormt. Nicolaas heeft deze zware storm voorspelden vraagt de bemanning op de knieën te gaan om schip te zegenen. Uiteindelijklukt dit en de storm gaat liggen

Aan het eind van deel vijf mag het publiekvoor het eerst meezingen. In dit deel wordt Nicolaas tot bisschop gekozen. Dejongens mogen Nicolaas “aankleden” waarna het volk de nieuwe bisschop in eeneindeloze bombastische fuga op zijn taak wijst: “Serve the Faith!!”. Meteendaarna in deel zes maken we verder kennis met Nicolaas als mens, zonder alle“heiligheid”.

Net als in deel drie maken we kennis met Britten’s persoonlijketwijfels als gelovige. Verstikking en eenzaamheid worden muzikaal zeerdramatische weergegeven.

Deel zeven is een groot muzikaal theatraal drama.. Achtervolgd door honger zien we volklangs de wegen trekken terwijl ze geen oor hebben voor de vrouwen die over hunverdwenen jongens zingen. Een waard wordt geld geboden om toch iets eetbaars optafel te zetten. Het is Nicolaas die het volk bruut op hun zonde wijst als zebijna van het opgediende vlees willen eten. Het zijn de gepekelde jongens! Zeworden door Nicolaas tot leven gewekt en daarna volgt een processie aangevoerddoor de drie jongens: Halleluja!

In deel acht wordt Nicolaas harmonieusherdacht als een man die steun geeft en liefdevol is. Iedereen zit vol goedeherinneringen aan hem en weet wel een “sterk verhaal” over hem te vertellen.Bij de gelegenheid waarvoor Britten deze cantate heeft geschreven had hij debeschikking over zeven koren. Ook nu vertelt elk van mijn eigen korenafzonderlijk een verhaal over St. Nicolaas. Daarna worden deze legendes door dekinderen van onze kinderen via een canon steeds gekoesterd en verder verteld.

Het laatste deel “De dood van Nicolaas” kenmerkt zich door een enormecomplexiteit. De snelle hoge nootjes van de piano, de diepe klank van degong, de kalmte die van de tekst uitgaatterwijl de melodie van de tenorsolo intens en dramatisch is. In een cantusfirmus zingt het koor het “Nunc dimitis” de lofzang van Simeon, eenrechtvaardig en vroom man die pas zou sterven als hij de Messias had gezien.Het werk besluit samen met het publiek met “The old hundredth”, een zeerbekende en geliefde Engels Hymne.

Saint Nicolas Cantate III

De Britse componist Benjamin Britten(1913-1975) studeerde piano en compositie o.a. aan het Royal College of Music in Londen. Zijn vijftien opera’s, liederencycli en koorwerken vormen het belangrijkste deel van zijn oeuvre. Hoewel hij niet direct een vernieuwer is kunnen we zijn werk wel eigentijds te noemen. Britten was zeer geliefd en gewaardeerd bij zijn collegae componisten. Benjamin Britten overleed in 1976 te Aldeburgh. Hij wordt als de belangrijkste Britse componist sinds Purcell beschouwd.

Britten schreef de Saint Nicolas Cantate in 1948 voorde viering van het honderdjarige bestaan van Lancing College, Sussex. Deze school had St. Nicolaas als patroonheilige vandaar dat een van de commissieleden destijds Britten voorstelde een “Ahymn to Saint Nicolas.” te schrijven. Benjamin Britten keek altijd met verlangen en plezier terug naar zijn kindertijd. Tell me about Saint Nicolas,” said Ben. So I told him the legends. Almost immediately he saw it as a series of episodes. “It will have to be a cantata, I think.” Een sketch van de compositie was er binnen drie weken en Britten “was enjoying it hugely.” Hij schreef het werk met de speciale intentie dat het uitgevoerd zou worden door amateurs. Voor hem was het een uitdaging om schoonheid te scheppen met simpele middelen en hij zag de St. Nicolas ook als een diepgaand statement.’Britten schrijft: I want to write for people. . . . There is something very fresh and unrestrained in the quality of the music produced by amateurs. What annoys me more is the ineptitude of some professionals who don’t know their stuff I have no patience with that.

St. Nicolaas is niet alleen de heilige van zeelieden,scholieren en kinderen maar ook de patroon van Rusland, Griekenland, Sicilië en Lorraine. De meeste informatie die we over hem hebben is gebaseerd op mondelinge overlevering . Historici zijn het er over eens dat hij is geboren ineen gefortuneerde familie ergens aan het einde van de 3de eeuw. De verhalen gaan dat hij zelfs als kind al wonderen kon verrichten, vastte en zijn bezittingen aan de arme mensen gaf.

De Saint Nicolas Cantate van Britten is een dramatische cantate in negen scénes over het leven van St. Nicolaas: zijn geloof, zijn wonderen en zijn nalatenschap. De cantate presenteert legendarische gebeurtenissen uit het leven van St Nicolaas. De partij van Nicolas wordt gezongen door een solo tenor. Het koor transformeert zichzelf in verschillende contrasterende karakters gedurende het drama. Het vertelt de avonturen van St. Nicolaas met de overtuiging van ooggetuigen en bindt het verhaal samen met gebeden en lofzangen. De jeugdige speelsheid in contrast met serieuze diepgang maakt de Saint Nicolas Cantata tot een uniek werk. Het serieuze gedeelte is primair toegewezen aan de tenor solist. De menselijkheid en visie van Nicolaas komen daar gepassioneerd tot uitdrukking. Zo treurt hij om de corruptie van mensen en accepteert hij op het laatst zijn eigen dood.

Dit is niet de commerciële Nicolaas zoals wij hem tegenwoordig kennen maar laat zijn kwetsbare kant zien waarmee hij het beste met de mensen voor heeft.  Een nieuwe en belangrijk element in de cantate is de inzet van het publiek c.q. gemeentezang als muzikale actie. De melodieën waren in die tijd bekend bij het publiek dat opgeleid was op English public schools. Het zingen van deze gezangen op school was iets dat dagelijks gebeurde. Benjamin Britten wist dat het zingen van deze gezangen het publiek deed denken aan de tijd dat ze zelf kind waren. Tegelijkertijd kan het publiek mee doen, in plaats van passief luisteren wat voor veel mensen als zeer verrassend wordt ervaren. Het is een opmerkelijke verzameling van niet alledaagse muzikale elementen die een grote plek innemen als we naar het werk luisteren. Het is de nederigheid van een groot componist die serieuze muziek schrijft binnen de mogelijkheden van gewone mensen. Dit verklaart waarom het stuk nu nog steeds zeer populair is.

Wordt vervolgd!!

Saint Nicolas Cantate II

Scan10011_1Na dit eerste optreden zouden er nog vele volgen maar zo’n eerstevergeet je niet zo snel. De kinderen die aanwezig waren bij de Sinterklaasintocht schreeuwden zo hard dat ik eigenlijk niets van het koor kon horen.

Ik had eigenlijk toen ik naar het conservatorium ging geen idee dat er zoiets bestond als "koordirectie". Ik ging blokfluit en schoolmuziek studeren. Toen er echter op een vrijdagmiddag iemand Café De Kater binnen kwam en riep "Wie wil er een koor!", stak ik mijn vinger op en zo werd ik dirigent van het Binnenstads Jongerenkoor. Daarna was het hek van de dam en spoedig dirigeerde ik ook een bejaardenkoor, een CJV koor, ensemble Korakel en probeerde weer een schoolkoor op te richten op mijn oude middelbare school. Ik hing mijn blokfluit aan de wilgen en ging koordirectie studeren bij Kees Stolwijk.

Daarna volgden nog meer koren: het Oost Nederlands Kamertjeskoor, het Ensemble SWV, Frauenchor Gildehaus, Kinderchor Bentheim, De Potters, De Kringzingers, kinder en tienerkoor Winterswijk, gemengd koor Sempre Crescendo, Koraal in het trapportaal, Mesumer Männerchor, Stadsjongenskoor Oldenzaal, gemengd koor De Kringzingers, Jongemannenkoor Oldenzaal en ondertussen deed ik eindexamen schoolmuziek en praktijk- en einddiploma koordirectie.

Eindexamen1990 Dit jaar is het al weer 25 jaar dat ik voor de leeuwen werd geworpen,een mooie aanleiding dus om eens een groot project te doen. Ik heb lang gezochtnaar een geschikt werk: het leek me in ieder geval leuk om een groot concert tegeven met alle koren waarover ik nu de leiding heb.

Momenteel dirigeer ik drie koren: het StadsjongenskoorOldenzaal bestaande uit een opleidingskoor, jongenskoor en jongemannenkoor, hetOost Nederlands Kamertjeskoor (ONKK) uit Enschede en het gemengd koor DeKringzingers, personeelskoor van de Universiteit Twente. De Kringzingers en hetONKK hadden al langer de wens om een keer groter werk uit te voeren voor kooren orkest. Geïnspireerd door de omgeving kreeg ik tijdens het concert van deMissa Criolla van het ONKK in de St. Nicolaaskerk te Denekamp, ineens het ideede Saint Nicolas Cantate van Benjamin Britten(1913-1976) uit te voeren. Wat is er leuker dan om mijn25 jarig dirigent zijn te vieren met al mijn koren die een stuk uitvoeren watdirect verwijst naar het allereerste openbare concert dat ik heb gegeven! Ikheb de partituur erbij gepakt en zag dat het stuk perfect toegesneden was mijnwerksituatie van dit moment. En, zou het mogelijk zijn dit dan ook nog eens inde St. Nicolaaskerk uit te voeren?

Ik heb het idee aan mijn koren en de Culturele Raad Denekampvoorgelegd en iedereen was meteen enthousiast. Er werd een commissie in hetleven geroepen die de financiële en organisatorische mogelijkheden gingonderzoeken. Na diverse vergaderingen en subsidieverzoeken bleek voor dezomervakantie dat het project echt door kon gaan.

Wordt vervolgd!

Concertkzklein

Saint Nicolas Cantate I

Met dit krantenbericht is in feite mijn publieke cariere in 1982 begonnen. Tijdens mijn lagere school werd ik uit de klas geplukt om kerkdiensten te zingen in het koor van de Mariakerk in Losser. Later ging ik natuurlijk op ook op muziekles. Dat blokfluitspelen ging mij goed af. Ik herinner me nog dat ik na 3 lessen de boekjes 1 t/m 3 thuis al uit had en ik begreep niet waarom de meneer dat weken lang ging herhalen. Ik verveelde me rot! Het was ook de tijd van de beroemde kinderkoren de Leidse Sleuteltjes en de Wesseltjes. Ook in Losser werd een kinderkoor opgericht De Dinkelrakkers.  Gedurende mijn gehele lagere schooltijd was ik lid van dit kinderkoor. Ik kan me vaag legendarische optredens in Duitsland herinneren met Nico Haak en Rita Corita.Ook toen ik al op de middelbare school zat bleef ik de repetities bezoeken om hand en spandiensten te doen. Ik speelde blokfluit en nam af en toe een repetitie over als de dirigent niet kon. In november 1982 stond het kinderkoor onder leiding van Piet Amweg en zou zingen bij de intocht van Sinterklaas in het gemeentehuis van Losser. Helaas scheurde Piet zijn kniebanden en had ik de eer het concert te dirigeren. Het was mijn eerste openbare optreden als dirigent en ook de eerste keer dat ik met mijn naam in de krant kwam.

Wordt vervolgd!!!

De Dinkelrakkers 1980

Vakantie!!!!!

VakantieZo zie ik er dus kennelijk uit als ik het publiek aanvuur het slotlied mee te zingen!

Het jaar loopt te einde en na volgende week kan ik van mijn vakantie gaan genieten. De Kringzingers hadden woensdag hun laatste repetitie en volgende week hebben we nog een gezellige bijeenkomst met lekker eten, drank en muziek. Ook het ONKK gaat nog een gezellige avond houden en zaterdag moet ik zelf nog "aan de bak" om te zingen op de afsluitende avond van mijn "zangjuf". De kilo’s die er door de opera af zijn gegaan komen er vanzelf wel weer bij!!! Het Stadsjongenskoor had vandaag haar openbare repetitie voor de nieuwe jongens. De opkomst was goed!

Na volgende week ga ik dus opruimen, ordenen, schoonmaken, nieuwe muziek zoeken, uitrusten, wandelen, fietsen en genieten van wat vrije tijd!!!!!!!!!

Een enerverend weekend

Alhoewel ik het altijd probeer goed te plannen, had ikafgelopen weekend maar liefst drie concerten. Allereerst deed hetJongemannenkoor Oldenzaal afgelopen vrijdag mee aan het benefietconcert van deserviceclub Lions Boca in de Plechelmusbasiliek. Het concert was georganiseerd door deOldenzaalse sopraan Claudia Patacca en de opbrengst kwam ten goede aan de Stichting KIK .Met het Jongemannenkoor hebben we beslist goede sier gemaakt tijdens ditconcert. Je bereikt toch weer een heel ander publiek en het was een genot om inde mooie akoestiek van de Plechelmus te mogen zingen. Ik heb erg genoten vanhet optreden van Miss Emily Barlaston , GreatBritain’s Only Trampolining Prima Donna (retired). Zelf was zo enthousiast dat we maandag allemaal een mailtje van haarkregen: “Trudie and I particularly enjoyed our little visit to "DeHengel" on the market square, and isn’t it wonderful to see young peopleenjoying themselves? So preferable to all this sex, drugs, violence androck-and-rôle one reads about in the Sunday newspapers!“   

Zaterdagavond had ik een concert met het Oost NederlandsKamertjeskoor in de kapel het voormalig klooster De Zwanenhof in Zenderen.Thema van deze avond was ‘het buitenleven’ en er stond muziek van Schumann,Antonín Dvořák en Edward Elgar. Pianist Gerard van Kempen speelde stukken van Liszt en Arensky. De Zwanenhof ligt in een prachtigeomgeving en gelukkig hadden voldoende mensen de weg weten te vinden. Iedereenkijkt met voldoening terug op dit concert. Het publiek heeft een leuke avondgehad en kon daarna onder het genot van een drankje nog even napraten met hetkoor. De liederen van Elgar vielen zeer in de smaak net zoals de MorceauxCharacteristiques van Anton Arensky gespeeld door Gerard van Kempen. Prachtigemuziek!

Laatste concert in de reeks was afgelopen zondag 24 junidoor het Stadsjongenskoor en Jongemannenkoor Oldenzaal in de Hofkerk Oldenzaal. In een goed gevulde kerk gaven we samen met pianiste Aartje Disberg en gitaarkwartet Silver Snare en goedconcert. Tijdens dit concert merkte ik ineens wat de jongens meer hebben geleerdvan het hele operaproject. Het opkomen en afgaan ging zonder problemen en zestonden allemaal heel geconcentreerd te zingen op het podium. Het optreden vande jongens ging daarom ook bijzonder goed! Van de jongemannen ben ik nietanders gewend, zij hebben erg goed gezongen. Het niveau van dit koor gaat nogsteeds omhoog en de jongens hebben zichtbaar erg veel plezier in zingen. Hetoptreden van gitaarkwartet Silver Snare heeft erg veel indruk op mijn gemaakt.Wat een gesmeerd samenspel en wat een enthousiasme! Ze speelden allemaal eigennummers die stuk voor stuk muzikaal zeer interessant waren en afwisselend. Erwerden nog twee jongemannen in het zonnetje gezet. Rik omdat hij geslaagd isvoor zijn middelbare school en Stijn omdat hij het koor gaat verlaten. Daarmeehebben we een prachtige tenor minder. Ik hoop dat hij in de toekomst weer gaatzingen want goede tenoren zijn zeer schaars.

Hiermee is voorlopig een einde gekomen aan de concerten enmag ik bijna aan de vakantie beginnen. Eerst nog de gebruikelijke openbarerepetitie van het Stadsjongenskoor, de afsluitende avondjes van het ONKK en deKringzingers en het zangavondje van mijn “zangjuf”. Pas daarna kan ik mijspulletjes voor een paar weken opbergen, ik ben er wel aan toe!

Stijn_bedankt2

Buitenleven

Vanavond gaf het ONKK (Oost Nederlands Kamertjeskoor) een concert met als thema Buitenleven. Het ONKK opende het concert met Robert Schumann‘s Zigeunerleben. Dit is de derde in een serie liederen op gedichten van Emanuel Geibel. Schumann iseen meester in het treffen van de sfeer van de tekst in de muziek. InZigeunerleben gebruikt Schumann Geibel’s kleurrijke beschrijving van eenZigeuner kamvuur. Het stuk begint met een beschrijving van een bos metmysterieuze schaduwen en fluisterende takken. De twee bovenstemmen bewegen zichparallel zoals je vaak hoort in Zigeuner vioolmuziek. Met het stijgen van devocale lijnen laait het vuur op; verhalen en liederen klinken, meisjes metzwarte ogen dansen wild op gitaarmuziek, maar als het daagt in het oostenverbleken al deze mooie nachtbeelden. Waar gaan ze heen? Als pianist geeft Schumann vaak depianopartij ook een gelijkwaardige rol in zijn stukken zoals te horen inZigeunerleben. De pianopartij is geschreven met gebruik van de zigeunertoonladder a mineur met een verhoogde kwart. De vorm van het stuk volgt detekst. Het verschijnen en verdwijnen van de zigeuners staat in e mineur terwijlhet middengedeelte wat de activiteiten rond het kamvuur beschrijft eten,drinken, zingen, dansen in majeur staat.

Daarna speelde Gerard van Kempen Consolations Nr. 2 en 3 van Franz Liszt (1811-1886). Liszt was de een van de grootste pianovirtuozenaller tijden en behaalde grote triomfen tijdens zijn reizen door heel Europa.

Daarna zong het ONKK  van Antonín Dvořák (1841-1904)  Sechs Klänge aus Mähren in de bewerking van LeoÅ¡ Janáček.Voor Antonin Dvorakwas de Tschechische natuur- en volksmuziek een voortdurende bron vaninspiratie. Al aan het begin van zijn carrière schrijft hij twee verzamelingenvan duetten op Moravische teksten. In 1884 koopt Dvorak een stuk landgelegenbij het dorp Vysoka en laat daar een huis bouwen. Veel van zijn muziek is opdie plek ontstaan, geïnspireerd door de natuur aldaar. Wandelkameraad Leos Janacekmaakte van zes deze Moravische liederen een vierstemmige bewerkingen voor koor.Hij gebruikte daarbij de originele pianopartij.

Gerard van Kempen speelde daarna van Anton Stephanowich Arensky (1861-1906) Uit 24 morceaux characteristiques op. 36:Concertetude in Fisen Le ruisseau dans la foret. Anton Arensky’s stijl onderging vele invloeden: Chopin, Tchaikovsky,Mendelssohn. Hij componeerde een aantal pianoconcerti waarin Chopin’s stijl, inde vorm van subtiele versieringen en zangerige melodieën, duidelijk hoorbaaris.

Tot slot zonge ONKK samen met pianist Gerard van Kempen van Sir EdwardElgar (1857-1934) de liederen cyclus Fromthe Bavarian Highlands. Edward Elgar heeft veel fraaiemaar ook soms “zware” koormuziek geschreven. Zijn a capella koorwerken zijn ergbekend en worden graag gezongen door kamerkoren. In From the Bavarian Highlandsmaken we kennis met de “lichtere kant” van de Elgar. Vanaf 1890 bracht defamilie Elgar enkele jaren door op vakantie in Zuid Beieren. Het gebied had in die tijd niet delevendigheid die het nu heeft. Hierdoor brachtende Elgars de avonden meestal door in lokale uitspanningen om met eendrankje te genieten van volksmuziek en dans uit de streek. Overdag wandelden zeveel en genoten van de natuur. Al tijdens hun vakantie in Beieren schreef zijnvrouw Alice zes gedichten in de stijl van Beierse volksliederen. Toen ze in1894 terug kwamen in Engeland begon Elgar deze gedichten op muziek te zetten.De invloeden van de genoten vakantie zijn duidelijk te horen in de muziek. Elgar schreef de liederen oorspronkelijk metpianobegeleiding en schreef de orkestrale versie later.

Beleef het buitenleven met het ONKK

Het Oost Nederlands Kamertjes Koor (ONKK) geeft vanavond  23 juni om 20.00 uur in het voormalig kloosterDe Zwanenhof in Zenderen. Deze landelijke, rustgevende omgeving heeft het ONKKgeïnspireerd tot een mooi programma met als thema ‘het buitenleven’. Het koorzingt liederen van Robert Schumann, Antonín Dvořák en Edward Elgar. Pianist Gerard van Kempenverzorgt de begeleiding en twee intermezzo’s.

‘Zigeunerleben’ van Schumann voert de luisteraar naar hetbos, waar zigeuners zich ophouden bij een kampvuur. Verhalen en liederenklinken, meisjes met zwarte ogen dansen wild op gitaarmuziek, maar als hetdaagt in het oosten verbleken al deze mooie nachtbeelden. Waar gaan zeheen?

‘Sechs Klänge aus Mähren’ behoort tot de beroemdste werkenvan Dvořák. Het ONKK voert ze uit in debewerking van Janáček. Voor Antonin Dvořák was de Tsjechische natuur- envolksmuziek een voortdurende bron van inspiratie. Al aan het begin van zijncarrière schrijft hij duetten op Moravische teksten. In 1884 koopt Dvořák eenstuk land gelegen bij het dorp Vysoka en laat daar een huis bouwen. Veel vanzijn muziek is op die plek ontstaan, geïnspireerd door de natuur.

 In ‘From the Bavarian Highlands’ maken we kennis met delichtere kant van Elgar. Vanaf 1890 bracht de familie Elgar enkele jaren hunvakantie door in Zuid Beieren. Het gebied had in die tijd niet de levendigheiddie het nu heeft. Hierdoor brachten de Elgars de avonden meestal door in lokaleuitspanningen om met een drankje te genieten van volksmuziek en dans uit destreek. Overdag wandelden ze veel en genoten van de natuur. Al tijdens hunvakantie in Beieren schreef zijn vrouw Alice zes gedichten in de stijl vanBeierse volksliederen. Toen ze in 1894 terug kwamen in Engeland begon Elgardeze gedichten op muziek te zetten. De invloeden van de genoten vakantie zijnduidelijk te horen in de muziek.

 Gerard van Kempen speelt twee ‘Consolations’ van Franz Liszt en twee stukken uit ‘24 morceauxcharacteristiques’ van Anton Arensky. Liszt was de een van de grootstepianovirtuozen aller tijden en behaalde grote triomfen tijdens zijn reizen doorheel Europa. Anton Arensky’s stijl onderging vele invloeden: Chopin,Tchaikovsky, Mendelssohn. Hij componeerde een aantal pianoconcerti waarinChopin’s stijl, in de vorm van subtiele versieringen en zangerige melodieën,duidelijk hoorbaar is. 

Entree: € 10,- (tot 18 jaar € 5,-)

Buitenleven_1