Het tweede slotconcert was zaterdag in de aula van de medische faculteit van Pécs. Het was de afsluiting van de workshop Horatii Carmen. Het 113 koppige jeugdkoor zong werken van György, Kodály, Deák, Kodály en Bartók. Ze deden dit afwisselend onder leiding van dr. Péter Hoppal en Szabolcs Szabó. Helaas was de akoestiek is niet zo geweldig en daardoor kwam niet alles mooi tot z' n recht. Het klonk allemaal nogal droog en als je bij de repetities bent geweest kun je het verschil in klank goed horen. Wat me vooral erg opviel is dat het Hongaarse publiek een aparte manier van applaudisseren heeft, vooral als ze wat ze gehoord hebben mooi vinden. Eerst klappen ze in een normale chaos, net als in Nederland. Maar al vrij vlot klappen ze allemaal tegelijk in een bepaald tempo: in vieren. Daarna gaan ze samen over in een alla breve waarin ze een accelerando maken totdat het weer een chaos is. Daarna begint het hele proces opnieuw en dat herhaalt zich een paar keer . Dit is het "ijzeren applaus" volgens Katalin, een Hongaarse Nederlandse met wie ik veel optrek hier.
Het tweede deel van het concert was de afsluiting van de workshop The World of Béla Bartók. Eerst werden werken uitgevoerd voor vrouwenkoor en kamerorkest. Zo streng en ontoegankelijk ik de dirigent vond tijdens de repetitie, zo mooi vond ik 'm tijdens het concert dirigeren! Tijdens de werken met pianobegeleiding maakte de pianist grote indruk met zijn fantastisch spel. Dat had ik tijdens de repetities ook al gemerkt. Hij heeft zich ook zeer geliefd gemaakt bij de dames en meiden van het koor. Dat was aan het applaus en gejoel te horen toen hij aan het einde naar voren werd geroepen.