Vandaag met gemengd koor De Kringzingers, het personeelskoor van de Universiteit Twente opgetreden in de Lonneker Muziekkoepel. Voor ons was het de eerste keer dat wij in Lonneker op deze leuke locatie mochten zingen. Het is een echte ‘ouderwetse’ muziekkoepel op het dorpsplein, tegenover ‘kerk en kroeg’. Zelf ben ik niet zo’n voorstander van buiten zingen. Het kost je ontzettend veel energie en de klank vliegt zo weer weg. Toch vond ik dat we maar eens een gok moesten wagen, het is goed voor de publiciteit en het gemoed. Om het een beetje te laten overkomen op het plein zou de zaak ook nog eens versterkt worden. Ook daar ben ik geen voorstander van, omdat het vaak zo vervormt en omdat je al geen akoestiek hebt hoor je echt alle oneffenheden. Ik ging vanmorgen dus naar Lonneker met het echte Twentse gevoel van Kiek’n wat ut wordt.
Het stralend weer gaf meteen een goed gevoel. Aan de parkeerplaats te zien zat de katholieke kerk flink vol en het terras van Hotel Savonije tegenover de kerk ook. We konden inzingen in de serre en toen de mis uit was, na het optreden van het Padvindersorkest mochten wij aantreden.
Het eerste lied dat wij zongen kwam uit de cyclus Sechs Lieder im Freien zu singen van Felix Mendelssohn Bartholdy. Deze cyclus liederen gaat voornamelijk over de liefde en de relatie mens en natuur. Mendelssohn heeft in een van zijn brieven geschreven hoe mooi hij het zou vinden als mensen deze liederen eenvoudigweg buiten in de vrije natuur im Freien zouden zingen. Dit hebben we dus maar gedaan. Verder hebben we nog een aantal liederen van Johannes Brahms gezongen. Een en ander best gewaagd om in zo’n koepel te zingen maar aan de reactie van het publiek te horen viel het in de smaak en dat is bij zo’n optreden erg belangrijk. Tot mijn grote vreugde zag ik naast Egbert, ook mijn oude hoofdvakdocent schoolmuziek in het publiek zitten. Hij woont in Lonneker en had mij op mijn 16de als aankomend conservatoriumstudent onder zijn hoede. Het inspireerde mij enorm om er iets moois van te maken.
Na nog wat reclame te hebben gemaakt voor onze jubileum CD en het jubileumconcert van zondag 20 november zijn we verder gegaan met een aantal liederen die we ook op Schiermonnikoog gaan zingen. Op het laatste moment had ik nog twee liederen geschrapt voor vandaag. De tijd was ook werkelijk erg kort na de zomervakantie en het risico dat het een beetje uit de hand ging lopen was me te groot. Maar iedereen stond op scherp vandaag en de vier liederen die we wel nieuw op ons repertoire hebben, ondergingen een goede vuurdoop.
We zijn het optreden geeindigd met twee Nederlandstalige liederen. De eerste was van de door mij zeer geliefde componist Herman Strategier. We zongenhet Optimistisch lied dat gaat over het verschil tussen de burgerman en de dichter. Hoe verschillend ze ook zijn op het eind van hun leven ondergaat iedereen hetzelfde lot. Het laatste lied was het Quod libet van Louis Toebosch. Quod libet betekent eigenlijk, ‘wat u maar wilt’ of ‘mengelmoesje’. Het zijn bestaande melodieën die niets met elkaar te maken hebben maar die toch tegelijkertijd worden gezongen. In dit geval bestaat de compositie uit allemaal verschillende vaderlandse liederen. Ik had er een prijsvraag aan vast geknoopt. Een soort: Herkent u deze melodie. Aan het publiek de vraag uit hoeveel verschillende liederen het stuk bestond en degene die het goede antwoord gaf kon in november een gratis jubileum CD ophalen. Na afloop riep het publiek veel maar het goede antwoord was er niet tussen. Op een wat rustiger moment kwam Egbert mij het goede antwoord vertellen en ook de dochter van Ben (een van de bassen) wist ook het juiste aantal. Dit is erg knap want het was een erg moeilijke vraag! Maar goed, het koor heeft bij deze twee CD aan mij verkocht en ik zal de winnaars het persoonlijk komen overhandigen.
Na, onder het genot van en drankje, nog zeer uitgebreid te hebben nagepraat op het terras kan ik en het koor terug zien op een erg leuke dag met een zeer geslaagd concert.