Na een gedegen voorbereiding staan de jongens vanavond weer klaar voor de generale repetitie van de Matthäus-Passion van Bach. Voor de jongens is een belangrijke taak weggelegd in het openingskoor en het slotkoor van het eerste deel.
De Matthäus-Passion is een dubbelkorig werk. Dit wil zeggen dat het geschreven is voor twee koren en twee orkesten en solisten, die soms tegelijkertijd spelen en zingen, maar vaak ook alleen of in dialoog met elkaar. Het jongenskoor zingt de Soprano in repieno partij wat zoiets betekent als “aanvulling”.
In het openingskoor hebben ze een hele dankbare en mooie rol. Ik leg de (nieuwe) jongens ook altijd uit waar het over gaat en welke muzikale taak ze hebben. Het koor van volwassen mensen zingt namelijk vrij serieuze muziek, die in een (e) mineur toonsoort staat. Ze dragen een zware last op hun schouders, je kunt het horen in de muziek. Het eerste koor vraagt of alle mensen mee willen treuren en stil te staan bij het lijdensverhaal dat gaat klinken. Het tweede koor zijn de mensen van nu, die het verhaal mee beleven. Het jongenskoor “vult” het geheel aan en gaat voor verlossing zorgen. Ze maken het lijden draaglijk en ze zingen een melodie in (G) majeur! Ze zingen als engelen het koraal O Lamm Gottes, unschuldig hoog boven de twee koren en orkesten. Ze zorgen in moeilijke tijden met hun lichte en frisse stemmen dat grote mensen even aan andere dingen denken en getroost worden.
Als het openingskoor geweest is begint het “lijden” van de jongens. Hiervan zijn ze zich erg goed bewust en ik bereid ze daar ook op voor. Ze moeten namelijk bijna een uur stilzitten voordat ze weer mogen zingen. Nu weet ik dat de meeste volwassen mensen het ook erg moeilijk vinden om een uur lang stil te zitten, dus ik heb ook voor dat gedeelte van het concert altijd erg veel waardering. Er is erg veel dan wat niet mag en de tijd duurt gewoon erg lang. Ze mogen beslist niet praten en op hun stoel draaien en wippen. Ze mogen niet uitgebreid gapen zonder hand voor de mond, niet omkijken en niet pieren met de buurman. Ze mogen wel meelezen in de tekstboekjes en zeker de oudere jongens beginnen nadat ze het stuk meerdere keren hebben gehoord steeds meer plezier aan te beleven. Ze horen verschillen en geven ook hun ongezouten mening over de dirigent, solisten en het koor. Vooral omdat ze zelf geen steekje mogen laten vallen, weten ze vaak na 5 jaar nog precies welke dirigent, in welke maat, een inzet heeft gemist! Voor de jongere jongens is het heel erg moeilijk, dat wachten. Ik ben me daarvan bewust. We hebben een aantal begeleiders ernaast zitten die de jongens helpen herinneren als ze iets doen wat niet mag. Verder geef ik ze als tip de tafel van 13. 17 of 19 te oefenen, de stenen te tellen, de mannen met snor, tot 5000 te tellen, zelf een verhaal te verzinnen of te luisteren.
Tijdens het koor Sind blitze, sind Donner worden ze altijd erg onrustig en klinkt er een zucht van verlichting door het koor (en de begeleiders). Ze mogen bijna weer! Daarna nog één recitatief en mogen ze staan voor het slotkoor. Bij het slotkoor van het eerste deel zingen ze samen met de sopranen van koor I en II. Dat geeft extra spanning om de boel gelijk te krijgen. Het is een genot om naar te luisteren. Vooral in de zinnen Den Toten er das leben gab, Und legt’ darbei all Krankheit ab zijn de jongens op hun best omdat de hoge ligging daar zo lekker klinkt. Met de zin Trüg’ unser Sünden kunnen ze nog eenmaal boven het geheel uitkomen om met een hele lange toon op het woord lange te eindigen. Na de slottoon blijven ze muisstil staan omdat ze weten dat de muziek moet uitklinken. Niet alleen in de akoestiek van de kerk maar ook in het publiek zelf.
Op 4 april zingt het Stadsjongenskoor de Matthäus-Passion in de Plechelmusbasiliek te Oldenzaal o.l.v. Klaas Stok m.m.v. Consensus Vocalis en Concerto d’Amsterdam. Op 6 april zingt het Stadsjongenskoor de Matthaus-Passion in de Westerkerk Amsterdam o.l.v. Jan Willem de Vriend m.m.v. Consensus Vocalis en het Combattimento Consort Amsterdam.
Hierna vliegt het geheel naar Spanje helaas zonder het jongenskoor om concerten te geven in de Basilica de Sant Francesc te Palma de Mallorca en Palau de la Musica te Valencia.
Daarna op 13 april zingt het Stadsjongenskoor de Matthäus-Passion in het Muziekcentrum Enschede o.l.v. Klaas Stok m.m.v.Consensus Vocalis en Concerto d’ Amsterdam en tot slot zingen we op 14 april in de Bergkerk Deventer ook o.l.v. Klaas Stok met het Deventer Vocaal Ensemble, Consensus Vocalis en Concerto d’Amsterdam.